Stuffo, Stufo, Stuvo, Staffo
Gunivortus Goos
Gebaseerd op de desbetreffende bijdrage in het boek “Illustrated Lexicon of Germanic Deities” by Gunivortus Goos, ISBN-13: 9783756855971, November 25, 2022.
Volgens de opgetekende mythen en kerkverslagen werd deze god aanbeden in de Duitse gebieden Thuringen, Opper-Franken en in de Harz; In alle drie de regio’s zijn er heuvels met de naam “Stuffenberg”. Alle drie hebben ze tegenwoordig andere namen.
De basis voor dit overzicht was de kaart op: https://de.wikipedia.org/wiki/Datei:Deutschland_%C3%9Cbersichtskarte.png
Hoewel vaak wordt geschreven dat de naam Stuffo voor het eerst voorkwam in een vita sancti bonefatii (boek over het leven van St. Bonifatius) van voor de 11e eeuw, is het vroegste duidelijke bewijs in de Historia S. Bonifacii van de Duitse historicus Johannes Letzner (1531-1613), die in de Renaissance leefde. In hoofdstuk 11 van zijn Latijnse werk bericht Letzner:
Boniface reisde met zijn gevolg van Geismar over de Werra naar de Stuffenberg. Deze berg ligt op het Eichsfeld tussen de steden Heiligenstadt en Eschwege. Op deze berg stond een duivels idool genaamd Stuffo, dat door de lokale bevolking werd aanbeden en aanbeden als een god. Bonifatius had dit idool vervloekt en verbannen en reed toen een gat in dat nog steeds Stuffen’s Hole wordt genoemd, vergelijkbaar met de naam van de berg. Bonifatius liet een kapel bouwen in het heidense heiligdom en gaf een priester de opdracht om de lokale bevolking te onderwijzen over de christelijke religie.
Hoewel Letzner oude archieven gebruikte voor zijn historische werken en de inhoud door andere specialisten van zijn tijd liet proeflezen, is zijn werk vandaag ten minste gedeeltelijk twijfelachtig, vooral als het gaat om de details. Het verkrijgen van definitieve duidelijkheid lijkt niet mogelijk, omdat niet alle bronnen van Letzner meer beschikbaar zijn.
Dit verhaal heeft in ieder geval betrekking op de huidige Hülfensberg, waarop nog steeds een bedevaartklooster wordt onderhouden door Franciscaanse monniken. Op hun website vertellen ze:
De eerste vermelding komt van een pauselijk certificaat uit 1351. Het noemt de parochie “St. Salvator auf der Stuffenberg”, waardoor de cisterciënzers van het Anrode-klooster in 1357 het beschermheerschap van de St. Martinsabdij in Heiligenstadt ontvingen.
De Italiaanse kardinaal en kerkhistoricus Caesar Baronius (1538-1607), verwijzend naar Duitse bronnen (in het Latijn), schreef over het leven van St. Bonifatius over Stuffo en zijn berg:
Een standbeeld van het idool, Stuffo genaamd, stond daar en werd aanbeden door de bewoners. Bonifatius vervloekte en vervloekte dit.
Vertaald uit Waldmann: “Über den thüringischen Gott Stuffo”.
Vóór Letzners rapport had een bisschop deze god al genoemd, maar noemde hem ‘Stauff’. Sinds de Renaissance wordt Stuffo genoemd in verschillende werken waarin een verband wordt gezien met het woord ‘Stauff’ dat verwijst naar de Staufenberg, een lage berg in het midden van Hessen. Op alle heuvels die in deze context worden genoemd, worden heilige bossen van heidense goden vermoed.
Een andere Stuffenberg ligt in de buurt van Gernrode, tegenwoordig het district Quedlinburg in het Harzgebergte. Alleen een gravure uit 1819 toont nog de oude naam, tegenwoordig heet de heuvel “Stubenberg”. De foto is getiteld
“De Stuffenberg aan de Neder-Harz bij Gernrode, in het Koninkrijk Hannover”,
Uit de natuur gehaald en door Hertel, K. baier, in koper aangebracht.
Kapitein en lid van de Order of Civil Merit, 1819
Het “Stubenberghaus”, gebouwd door Prins Victor Friedrich van Anhalt-Bernburg in 1754 als jacht- en plezierhuis, is nog steeds duidelijk te zien en wordt nog steeds gebruikt als hotel.
Historisch uitzicht over de stad. Graveren, 1819.
Bron: https://www.kunstfreund.eu/Gernrode-Quedlinburg-Gesamtansicht-mit-Stubenberg-Der-Stuffenberg-am-Unterharz-bei-Gernrode-im-Koenigreich-Hanover
De derde Stuffenberg ligt in de gemeente Baunach in Oberfranken, ten noorden van de stad Bamberg. In de 13e eeuw werd er ook een kasteel op gebouwd, waarvan echter alleen nog restanten van muren bestaan. Het staat echter wel vermeld op de website www.alleburgen.de:
Stiefenburg
Stufenburg, Stufenberg, Stuffenberg, Stiefenberg
Oorsprong van de naam naar verluidt naar de Wendische drinkgod Stufo.
Figuur van de God Stuffo
Bron: Germanischer Götterglaube, blz.229.
Misschien werd deze godheid, althans volgens een mythe, ook aanbeden in het zuiden van de Nederlandse provincie Friesland:
Ooit werd een put gegraven ten zuidwesten van de stad Stavoren, een half uur van de stad, maar in plaats van zoet water stroomde het zoute water in zo’n mate naar de oppervlakte dat het de stad en de omliggende landen dreigde te overstromen. Vervolgens raadpleegden de burgers het orakel van hun god Staffo. Het orakel vertelde hen dat de bron pas stopte toen het bloed van een driejarige jongen erin werd gegoten en gemengd met dit zoute water. Mensen volgden dit advies op en in feite stopten de overstromingen en verdween al het water. Waar het was, werd het land pas na drie jaar weer vruchtbaar.
Vertaald uit: Ludwig Bechstein: Deutsches Sagenbuch. Meersburg en Leipzig 1930, p.126
De naam van deze god en zijn verantwoordelijkheidsgebied worden verschillend geïnterpreteerd.
Op basis van de Germaanse termen *staupa-, *staupaz en Oudhoogduits staupis*, staupum*, stouf: ‘mok, beker, drinkglas’, wordt hij beschouwd als de god van dranken en drinken. De mok wordt ook wel geïnterpreteerd om te drinken uit een ‘fontein van kennis’, gebaseerd op enkele lokale mythen waarin Stuffo wordt beschreven als een god die kan worden geraadpleegd voor orakelvragen.
Evenzo betekenen dezelfde Germaanse en Oudhoogduitse woorden *staupa-, *staupaz, staupis*, staupum*, stouf: ‘steil, hoog, klif, rif, rots, berg’. Stuffo kan hier eenvoudig worden geïnterpreteerd als ‘god van de berg’ of ‘god van de steile rotsachtige bergtop’.